Voorwoord
Op 17 juni 1984 werd mijn moeder 56 jaar. Als verjaardagsgeschenk ontving ze van mijn vader een typemachine. Ze nam zich voor een dagboek te gaan bijhouden dat ze wilde illustreren met zelf gemaakte foto’s. In de praktijk viel het niet mee om dagelijks een leuk verhaaltje te schrijven. Ze vond haar verslagen wat saai, met veel herhalingen. Toch bleef ze volhouden en heeft 15 jaar het dagboek bijgehouden.
Het geeft een realistisch beeld van het leven van mijn ouders die genoten van de alledaagse dingen, en in het bijzonder van hun kleinkinderen.
De velletjes met tekst en foto’s werden door haar verzameld in multo mappen. Door de jaren heen wist ze vele mappen te vullen. Als ik op bezoek kwam liet mijn moeder me vaak een van de foto’s zien die ze in haar dagboek had geplakt. De tekst hield ze liever voor zichzelf. Ze schreef niet echt met de bedoeling om het anderen te laten lezen.
Toen we in oktober 1998 afscheid van haar moesten nemen sprak ik met haar over haar dagboek. Of ze het goed vond dat ik het op de computer zou bewerken zodat het bewaard kon blijven voor de kinderen en de kleinkinderen. Dat idee sprak haar wel aan. “Maar het is veel werk hoor” waarschuwde ze. Ik beloofde haar ervoor te zorgen. Een belofte die ik hiermede graag ben nagekomen.
Arie van den Brink
Oktober 2020