Verhaaltjes Uit Mijn Jeugd
Maar tante Ada vond dat deze prima geschikt was. “Kijk” zei ze, terwijl ze de mouw- en beenpijpen een paar maal omsloeg, “zo past hij precies en kun je er zelfs nog in groeien”.

Mijn eerste weeksalaris ƒ 32,50 heb ik tijdens een bezoek aan Ma in het ziekenhuis aan haar gegeven. Ze vond dat erg leuk. Ze stelde voor elke week ƒ 30,00 te sparen om kleding voor mij te kopen. De resterende ƒ 2,50 mag ik houden als zakgeld.
   Kijkje in de drukkerij
Ik moet bekennen dat het ‘drukkersleven’ wat tegenvalt. Ik heb het gevoel wat aan mijn lot overgelaten te worden. De chef, Gijs van Beek, heeft geen tijd genoeg om mij aan het werk te houden. Hij is zelf erg druk en er zijn buiten mijzelf nog 2 leerlingen. De blonde jongen en Nico Buisman, van wie ik inmiddels vlooien heb opgelopen. Steeds wanneer ik ergens mee klaar ben moet ik dat bij Gijs van Beek melden. Dan is hij schijnbaar erg druk en word ik naar Bertus van Oene verwezen, de rechterhand van Van Beek.
Bladzijde 19